‘Flinke versoepelingen bij volgende persconferentie’
Het kabinet bespreekt in de komende dagen de optie om het coronatoegangsbewijs voor – bijvoorbeeld – een horecabezoek in de prullenbak te gooien. Dat meldt het televisieprogramma Nieuwsuur op basis van ‘bronnen in Den Haag’.
Waarschijnlijk gaat niet alles open. ‘Maar je kunt denken aan vollere stadions en theaters, de horeca open tot later dan 22.00 uur. En misschien dat het nachtleven toch weer open zou gaan’, zegt politiek duider Arjan Noorlander.
Volgende week dinsdag geven premier Mark Rutte (VVD) en coronaminister Ernst Kuipers (D66) een nieuwe persconferentie.
Nachtclubs zetten openingsactie door
De nachthoreca in Nederland heeft na het gesprek met minister Micky Adriaansens van Economische Zaken besloten om de openingsactie ‘De Nacht staat op’ door te zetten. De clubs openen hun deuren, omdat zij het er niet mee eens zijn dat de nachtclubs al zo lang dicht moeten blijven vanwege de coronamaatregelen. Volgens Pieter de Kroon, van het Overleg Amsterdamse Clubs (OAC), wil de minister vrijdag wel ‘iets van perspectief bieden’ voor de nachthoreca en was het een ‘goed gesprek’ met de minister.
Minister Adriaansens zei dat er voor het weegmoment van 15 februari geen nieuwe versoepelingen bekend worden gemaakt voor de nachthoreca. Ook waarschuwde hij de uitbaters van nachtclubs voor boetes als zij zich niet aan de geldende maatregelen houden. Volgens de geldende regels moet de horeca om 22.00 uur sluiten en is een zitplaats verplicht.
Vorige week iets minder tests uitgevoerd
Volgens de GGD GHOR Nederland zijn er de afgelopen week waarschijnlijk iets minder coronatests uitgevoerd dan in de week ervoor. Vorige week namen de GGD’en iets meer dan 980.000 tests af. In de week daarvoor werden er ruim een miljoen tests uitgevoerd.
Ook ligt het aantal afgenomen toegangstesten, voor mensen die bijvoorbeeld horeca, musea en pretparken wilden bezoeken, iets lager dan de week ervoor. Vorige week stonden er ongeveer 332.000 afspraken voor toegangstesten gepland. De week daarvoor stonden er zo’n 334.000 tests op de planning.